Kernenergie is vervuilend
Gevaarlijk radioactief kernafval
Bij de productie van kernenergie wordt giftig, hoogradioactief afval gevormd. In België alleen al produceren de kerncentrales jaarlijks 120 ton kernafval. Volgens de nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen (NIRAS) zullen de Belgische kernreactoren in totaal 4.500 m3 hoogradioactief afval produceren als ze 40 jaar blijven draaien. Bij een levensduurverlenging is dit nog meer.
Dit kernafval blijft honderdduizenden jaren (tot 240.000 jaar) lang gevaarlijke radioactieve stralen uitzenden. Deze straling tast ons celweefsel aan en veroorzaakt afwijkingen zoals kanker.
Na een halve eeuw onderzoek is er nog steeds geen bevredigende oplossing gevonden voor het kernafvalprobleem. De meest genoemde oplossing is de bouw van ondergrondse bunkers, om het hoogradioactieve materiaal voor lange tijd diep onder de grond op te slaan. Het is echter onmogelijk met zekerheid te zeggen of een gebied op een termijn van honderdduizenden jaren droog en geologisch stabiel zal blijven. Daarnaast is het ook moeilijk om de betrouwbaarheid en veiligheid van de bunkers zelf te waarborgen gedurende deze tijdspanne. De oudste menselijke constructies die we vandaag kennen zijn slechts 10.000 jaar oud, de Egyptische piramides maar 5.000 jaar. Ten slotte is ook het kostenplaatje van de bewaking en het onderhoud van deze opslagplaatsen over zo een gigantische tijdsperiode onrealistisch.
Door vandaag te kiezen voor kernenergie, zadelen we toekomstige generaties op met grote hoeveelheden gevaarlijk afval, dat honderdduizenden jaren lang hun welzijn en gezondheid zal hypothekeren.
Uraniumwinning schaadt het milieu
Uranium is de belangrijkste input voor de kernreacties. Bij het splijten van de atoomkernen van uranium in een kerncentrale komt een grote hoeveelheid warmte vrij. Deze warmte wordt gebruikt om water te verhitten. De gevormde stoom drijft een turbine aan, die op haar beurt een generator aandrijft waarin elektriciteit wordt opgewekt.
De ontginning van uranium veroorzaakt heel wat milieuproblemen en hangt wereldwijd ook samen met schendingen van de mensenrechten. Het erts wordt in open steengroeven of ondergrondse mijnen ontgonnen. Vervolgens wordt het uranium behandeld via een reeks van chemische processen. Daarvoor zijn heel wat giftige chemicaliën nodig, die vaak in het milieu terechtkomen. Het resultaat van deze chemische behandeling is een gele, deegachtige koek. Deze yellow cake wordt verder geraffineerd, chemisch bewerkt en ten slotte verrijkt, zodat de concentratie aan uranium-235 voldoende hoog wordt. In zijn natuurlijke vorm bevat uranium immers amper 0,7% uranium-235, terwijl een kerncentrale een brandstof nodig heeft die 3 tot 5% uranium-235 bevat. Tussen al die stappen door wordt het materiaal diverse keren getransporteerd, op internationale schaal. De ontginning, verrijking en het transport van uranium gaan dan ook gepaard met de uitstoot van CO2.
Uranium wordt over de hele wereld gewonnen. De grootste producent is Kazachstan met 22% van de productie wereldwijd. Maar ook Canada (13%), Australië (6%) en Niger (5%) zijn belangrijke producenten. Daarna volgen Rusland (4%) en Namibië (4%).
Daarnaast heeft de ontginning van uranium ook een belangrijke sociale impact. Toeval of niet: veel van de sites waar uranium gewonnen wordt of werd, liggen in gebieden waar de bevolking al kwetsbaar is: de Inuit in Canada, de Aboriginals in Australië en de Toearegs in Niger. Voor deze mensen betekent de aanwezigheid van uraniummijnen en -industrie een bedreiging en een schending van hun rechten. Voor de bouw van de mijnen worden hele dorpen vernield of gedwongen te verhuizen en worden rivieren omgeleid. Landbouw- en natuurgebieden worden onvruchtbaar.
Ook de gezondheid van de lokale volkeren boet er bij in. De isotopen in het natuurlijk uranium en de afgeleide producten als radon en radium zijn gevaarlijk en kunnen leiden tot kanker, vruchtbaarheidsproblemen en genetische afwijkingen. Ook de enorme hoeveelheden mijnresiduen bevatten giftige chemische stoffen die een impact hebben op de gezondheid van de omwonenden.